Werking thermokoppel

Werkingsprincipe van een thermokoppel

Een thermokoppel bestaat uit twee draden van verschillende metalen die aan elkaar zijn verbonden aan het eindpunt. Wanneer de punt opgewarmd wordt, ontstaat er een elektrische stroom. Deze stroom wordt gebruikt om de afwezigheid van de vlam (warmte) te beveiligen en de gastoevoer af te sluiten.

De thermokoppels worden gekenmerkt door een letter die de verbinding van de soorten materiaal en de werkingstemperatuur bepaalt. Een thermokoppel van type K bestaat dus uit Chromel (nikkel + chroom) en uit Alumel (nikkel + aluminium (5%) + silicium). Het werkbereik ligt in dat geval tussen -250°c en + 1300°c.

Een thermokoppel bestaat uit een verdeelstuk dat verbonden is aan één van de metalen (1ste draadl), en uit een centrale draad, verbonden aan het andere metaal (2de draad). Tijdens de opwarming ontstaat zo een elektrische spanning die, voor een huiselijk gasverbruik, rond de dertig millivolt (30 mV) ligt tussen de twee draden.

Werking van de thermokoppelbeveiliging
Hieronder staan de verschillende onderdelen van het systeem

De kraan is uitgerust met een magnetisch gevoelige metalen plaat en een magnetische spoel die verbonden is met de draden van het thermokoppel. Het systeem wacht op de activering door de gebruiker.

Wanneer de gebruiker de gaskraan opent, komt de plaat in aanraking met de spoel. Het gas komt in de kraan, verplaatst zich langs de injector, en stijgt tot in de brander. De gebruiker houdt dit aan tot de brander vuur vat.

Bij het ontvlammen wordt het thermokoppel opgewarmd en begint hij elektrische stroom te produceren die door de spoel zal stromen (zo ontstaat een kunstmatig magnetisch veld). Hoe hoger de temperatuur, hoe hoger de stroom en het magnetisch veld dat de plaat vast houdt.

Wanneer het warm genoeg is, blijft de plaat magnetisch plakken aan de spoel. De gebruiker kan op dat moment de knop loslaten dat nu door de magneet wordt vastgehouden.

Beveiliging: Indien de vlam zou uitgaan (door tocht of het overlopen van een pan), dan zal de warmte afnemen, en bijgevolg ook de elektrische stroom. De spoel verliest haar magnetische kracht en de kraan zal zich sluiten om zo een gaslek te vermijden.